Jan Scholten: Heimelijke samenspanning advocatuur in civiel recht & ondernemingen

Heimelijke samenspanning advocatuur in civiel recht & ondernemingen

Heimelijke samenspanning advocatuur in civiel recht en ondernemingen.

Waagmeesters blogbericht deel 1.

Heimelijke samenspanning advocatuur in civiel recht en ondernemingen.

1

De wetgevende macht (Tweede en Eerste Kamer) is afgescheiden van de uitvoerende macht (het Ministerie en het onderdeel Openbaar Ministerie). De advocatuur voor civiel recht/ondernemingen is verenigd onder de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) en heeft haar eigen reglement. Er is geen onafhankelijke toezichthouder op de advocatuur in Nederland, dat doet de Nederlandse Orde van Advocaten vooralsnog zelf.

Functiescheiding op papier en in de dagelijkse praktijk.

Op papier klopt dit alles perfect, er is functiescheiding op basis van de respectievelijke toepasselijke regels. Dat geldt zowel voor Justitie in het algemeen als voor de rechtspraak en voor de advocatuur.

Maar in de praktijk? In de praktijk klopt er helemaal niets van dit beeld. Er is geen praktische functiescheiding. Voor de buitenwereld zijn er ‘Chinese Muren’ en belangentegenstellingen, voor de betrokkenen en ingewijden bestaan er geen belangentegenstellingen, alleen eigen belangen.

De buitenwereld is ook ‘potdicht’ afgeschermd door betrokken instanties en betrokkenen, die daar hun eigen regels voor hebben gemaakt en ‘selfreporting en selfsupporting’ zijn, zonder onafhankelijk extern toezicht of controle daarop.

Het monopolie van de advocatuur, de toepasselijke wetgeving inzake (proces)recht en het reglement van de Nederlandse Orde van Advocaten staan de advocaten van de (proces)partijen in civiel recht/ondernemingen ‘alles’ toe wat hen goeddunkt. En de advocatuur zoekt onderling contact en samenwerking om er ‘samen uit te komen’.

Bij dit laatste speelt de historische realiteit geen enkele rol. Het financieel belang van de procespartij en de reputatie van de advocaat zijn allesbepalend en doorslaggevend. Niet de rol en het onafhankelijke oordeel van de desbetreffende rechter(s) want die staan buiten spel op grond van de wetgeving.

En dit alles omdat het verdienmodel van de advocatuur daarop is afgestemd en daarop is gebaseerd en de belangen van de (proces)partij wel tot uiting moet komen in het eindresultaat of vonnis.

Achter de schermen en achter gesloten deuren.

De rechter in civiel recht/ondernemingen heeft niet de regie, die is in handen van de heimelijk samenspannende advocaten. De advocatuur komt met haar eigen ‘evangelie’ in plaats van met de zuivere benadering van de historische realiteit. In dit evangelie staat wat de advocaat / (proces)partij goed uitkomt en er staat niet in wat onwelgevallig is. De spelregels staan dit toe tenzij de advocaat van de tegenpartij het tegenbewijs levert.

Maar de advocaat van de tegenpartij heeft contact gehad met zijn collega en afgesproken wat wel en wat niet beschikbaar staat voor de rechter. Het gaat erom wat de rechter niet krijgt, niet ziet of niet weet, niet om wat hij wel tot zijn beschikking heeft. En de rechter mag zelf geen onderzoek instellen naar de historische realiteit, dat verbiedt het procesrecht cum suis.

Het gevolg is ‘selectieve rechtspraak’. Wij stellen vast dat in de ‘Nederlandse Justitie’ sprake is van uitstekend verhulde en schaamteloze klassenjustitie met de advocatuur als regisseur ervan. Dit mogelijk gemaakt door de thans toepasselijke wet- en regelgeving en een mentaliteit van de advocatuur die verdiensten, reputatie en status stellen boven ethiek, moraal, fatsoen en integriteit, welke laatste criteria juist niet in de wetgeving verwoord zijn.

De wet- en regelgeving is door lobbyclub de Nederlandse orde van advocaten in de loop van de laatste tientallen jaren mede voorbereid, samengesteld, opgesteld en geschreven en uiteraard in het belang van haar leden. Dat verklaart ook waarom er geen onafhankelijke externe toezichthouder op de advocatuur is gekomen. En de onafhankelijke rol van de wetgevende macht dan? Die bestaat voornamelijk uit ‘juristen’ en dat zijn studiegenoten van de advocaten die nu hun verdienmodel op peil moeten houden.

Europees verdrag voor de rechten van de mens en wetenschappelijk onderzoek.

Uiteraard verbiedt dit verdrag dit gedrag en deze samenspanning van de advocaten c.q. Nederlandse Orde van Advocaten maar dan moet er wel iemand opstaan en dit ter discussie stellen bij de bevoegde rechter. Dat is natuurlijk niet de taak van het Ministerie van Justitie en Veiligheid of Openbaar Ministerie want zij verleenden hun medewerking aan de totstandkoming van dit ‘rechtssysteem’. En er bestaat geen ‘wetenschappelijk onderzoek’ die dit ‘rechtssysteem’ ter discussie stelt. De tegenkrachten (lees: gevestigde orde) zijn natuurlijk veel sterker dan die van ‘recht en rechtvaardigheid’.

Ontkennen, verzwijgen en negeren van dit rechtssystem.

Het is natuurlijk ondenkbaar dat de ‘gevestigde orde’ zich hierin herkent en dit erkent als zijnde realistisch. Want dan gaan miljarden omzetten en belangrijke reputaties ten onder. Maar de praktijk toont het bestaan ervan wel aan.

U wilt een praktijkvoorbeeld? Lees het volgende uit onze brief aan Rabobank Utrechtse Waarden van 15 september 2015.

‘Ook vraagt de voorzitter uit zinsnede t. voornoemd waarom er geen ‘verzoekschrift opschorting uitvoering vonnis’ is ingediend (door advocaat mr. B.G. van Twist of advocaat mr. B. Morijn) inzake het vonnis van de rechtbank Utrecht. Het blijft muisstil in de zaal. Dit is pijnlijk maar de gevolgen zijn desastreus zoals later zal blijken. Hoe kan zo’n professionele beroepsfout erin sluipen? Bewust of onbewust?

Of zouden advocaten mr. B. van Twist en mr. B. Morijn bewust inactief zijn geweest omdat er afspraken met advocaat mr. I. Soetens lagen? De rechter kreeg geen antwoord maar stond wel keurig ‘buiten spel’.

De Rabobank Utrechtse Waarden, haar advocaat mr. I. Soetens en de curatoren mr. drs. R. Kraaijvanger en mr. T. Quaars deden er het zwijgen toe en staken het vonnis van de rechter met veel genoegen in hun zak. Zij hadden volgens de rechter ‘het gelijk aan hun zijde’ en het slachtoffer stond machteloos aan de zijkant.

Samenvatting en conclusie.

De advocaten die zich bezig houden met civiel recht/ondernemingen spannen heimelijk samen om het belang van de belangrijkste procespartij c.q. het eigen verdienmodel in stand te houden en om vervolgens van de wederkerigheid gebruik te maken. Op papier is er functiescheiding, in de praktijk is die er niet. Zo bepalen advocaten de uitkomsten van procedures en niet de desbetreffende rechter, die geen regie heeft.

Dit leidt tot ‘selectieve rechtspraak’. Wij stellen vast dat in de ‘Nederlandse Justitie’ sprake is van uitstekend verhulde en schaamteloze klassenjustitie en vriendjespolitiek met de advocatuur als regisseur ervan. Mogelijk is dit de grootste ‘criminele organisatie’ van Nederland die met medeweten en medewerking van het Ministerie van Justitie en Veiligheid en de ‘controlerende macht’ in stand wordt gehouden en waartegen niet werd noch wordt opgetreden door het Ministerie van Justitie en Veiligheid.

Dit mogelijk gemaakt door de thans toepasselijke wet- en regelgeving en een mentaliteit van de advocatuur die verdiensten, reputatie en status stellen boven ethiek, moraal, fatsoen en integriteit, welke laatste criteria juist niet in de wetgeving verwoord zijn.

Er zijn geen feiten bekend waaruit blijkt dat u, de Minister van Veiligheid en Justitie actief aan de slag bent gegaan met of na onze brief van 9 juni 2008 inzake het gedrag van curatoren en gericht aan de voorzitter van de commissie Insolventierecht / prof. mr. S.C.J.J. Kortmann.

Door niet op te treden tegen deze ‘heimelijke samenspanning’ door advocaten wordt het van kwaad tot erger en is van onafhankelijke rechtspraak absoluut geen sprake meer. U bent verantwoordelijk en aansprakelijk voor deze kwalijke trend in ons rechtssysteem.

Dat de advocatuur c.q. de Nederlandse orde van advocaten ongemoeid haar gang kon en kan gaan in dezen is mede te danken aan het feit dat u en de wetgevende- en controlerende macht hun ogen sluiten voor deze mogelijk grootste ‘criminele organisatie’ van Nederland.

Het niet door u tegengaan en bestrijden van deze mogelijk grootste ‘criminele organisatie’ van Nederland is voor ons aanleiding bijgaandee ‘open brief’ ook te richten aan de grootste fracties van politieke partijen in de Tweede Kamer en tot onmiddellijke publicatie ervan op onze gebruikelijke voorwaarden over te gaan.

Aansprakelijkheid deelnemers ‘criminele organisatie’ en hun opdrachtgevers.

Dit verwijtbaar nalaten door het Ministerie van Justitie en Veiligheid laat onverlet dat elke deelnemer aan deze ‘criminele organisatie’ verantwoordelijk en aansprakelijk is voor de geleden en nog te lijden schade, evenals zijn opdrachtgever.

Bijlagen:

Raad van Bestuur ‘Rabobank Nederland’ - T.a.v. de heer W. Draijer.
Kenmerk: Open brief aan het Ministerie van Justitie en Veiligheid / J.A. Nederend cum suis / Rabobank Utrechtse Waarden
Rechtbank Midden-Nederland - T.a.v. mevrouw mr. J. Mendlik.
Kenmerk: Open brief 2 aan de rechtbank Utrecht, C/16/14/107 F: J.A. Nederend Holding B.V. en C/16/15/573 F: J.A. Nederend
Ministerie van Veiligheid en Justitie - T.a.v. de heer mr. G.A. van der Steur.
Kenmerk: Achter de schermen en achter gesloten deuren.

Waagmeesters blog bericht deel 2.

Heimelijke samenspanning advocatuur. Mogelijk grootste 'criminele organisatie' in Nederland.

2

Brief aan Minister van Veiligheid en Justitie van 26 februari 2016.
Kenmerk: achter de schermen en achter gesloten deuren.

Geachte mevrouw, mijnheer,

Na onze brief van 20 oktober 2015 volgt hier een tweede oproep aan u om een onderzoek in te stellen naar het civiel recht/ondernemingen in Nederland.

Wij hebben de problematiek van ‘heimelijke samenspanning door de advocatuur’ aan minister Van der Steur voorgelegd.

(zie bijlagen deel 1: verzonden brief aan het Ministerie van Justitie en Veiligheid).

Omdat in een specifieke casus is aangegeven hoe de advocatuur de rechters meerdere malen ‘konden en mochten manipuleren’ namens opdrachtgever Rabobank Utrechtse Waarden en Rabobank Nederland is ook aan het bestuur van Rabobank Nederland een kopie van de brief aan het Ministerie van Justitie en Veiligheid gestuurd.

(zie bijlagen deel 1: verzonden brief bestuur Rabobank Nederland).

Het is vaste jurisprudentie dat hij of zij die op de hoogte is van dit soort praktijken en tegelijkertijd passief blijft, medeverantwoordelijk en medeaansprakelijk is voor de geleden en nog te lijden schade.

De resultaten van uw inspanningen zien wij met belangstelling tegemoet.

Meerdere casussen met onoorbaar gedrag van advocaten, curatoren, incassobureaus, banken et cetera kunt u vinden op:

Bijlagen:

Wie betaalt de rekening?
Uitgave van de eerste druk, juni 2015.
Wie betaalt de rekening?
Uitgave van de eerste druk, juni 2015.
Beschouwing op rechtspraak.
Uitgave van de derde druk, oktober 2015.
Beschouwing op rechtspraak.
Uitgave van de derde druk, oktober 2015.
Pageviews