Jan Scholten: p-8

p-8

De vragenbrief aan de deken van de advocatenorde in ’s-Hertogenbosch.

Social media deel 8.

De vragenbrief aan de deken van de advocatenorde in ’s-Hertogenbosch.

De Nederlandse Orde van Advocaten is één van de aangeklaagden. De NOvA reageert niet inhoudelijk op de klacht over ‘heimelijke samenspanning’ tussen de advocaten van twistende partijen.

Zij stelt dat klachten over haar (gedrags)regels thuishoren bij de advocaat zelf.

Ons verwijt dat de Nederlandse Orde van Advocaten als beroepsgroep ook ‘toezichthouder’ is, en dat zij in die rol actief moet controleren in de dossiers van advocaten of die haar (gedrags)regels met kernwaarden wel stipt nakomen, ontkent, verzwijgt en negeert zij ook.

Maar de Nederlandse orde van advocaten, in de persoon van de deken van de advocatenorde in ’s-Hertogenbosch heeft de trukendoos opengetrokken. In navolging van haar collega, de deken bij de advocatenorde in Utrecht.

Wat is het geval?

De deken in ’s-Hertogenbosch schreef ons op 15 december 2016 een brief met de mededeling dat de klacht tegen advocaat mr. I. Soetens aan hem was doorgestuurd met het verzoek erop te reageren. Zodra die reactie binnen is ontvangen wij daarvan bericht.

Wat gebeurt er?

Op 6 januari 2017, ontvangen wij een brief van advocaat mr. I. Soetens met zijn verweer tegen de klacht. Verder gebeurt er helemaal niets.

Intussen hadden wij de deken in Utrecht een brief gestuurd op 22 december 2016 en daarop nog geen antwoord gekregen. Dus wij vragen op 12 januari 2017, of hij snel willen reageren. De deken laat even later weten dat het antwoord eraan komt.

Maar niet advocaat mr. I. Soetens maar de deken in ’s-Hertogenbosch hoort in de klachtenprocedure ons te antwoorden. Maar de deken laat niets van zich horen. Kennelijk heeft hij het initiatief in de klachtenbehandeling overgelaten aan de aangeklaagde zelf, advocaat mr. I. Soetens. En dat zonder ons uit te leggen waarom.

Combineren en deduceren.

Het lijkt er op dat deNederlandse Orde van Advocaten en de beide dekens niet alleen een vertragingstactiek gebruiken maar zich ook bedacht hebben of zij wel met de behandeling van de klacht(en) verder willen gaan. En dat zij, in overleg met de NOvA, en mogelijk het Ministerie van Veiligheid en Justitie, hebben besloten de klacht tegen advocaat mr. I. Soetens maar door advocaat mr. I. Soetens te laten afwerken om er zelf tussenuit te glippen.

Wij zijn van mening dat de Nederlandse orde van advocaten ‘onverenigbare tegenstrijdige belangen’ onder haar hoede heeft. De combinatie van beroepsgroep en toezichthouder is er zo een. En dat zij de ‘vereiste functiescheiding’ strikt moet handhaven in situaties van de tweedelijns klachtenbehandeling, nadat de klacht eerst is besproken met de advocaat in kwestie. Ook dat is strikte voorwaarde voor klachtenbehandeling.

Maar kan en mag de Nederlandse orde van advocaten (het verdere verloop van) de klacht tegen advocaat mr. I. Soetens laten afhandelen door dezelfde aangeklaagde advocaat mr. I. Soetens? En mogen de Nederlandse orde van advocaten en het Ministerie van Justitie en Veiligheid heimelijk samenspannen met advocaat mr. I. Soetens in zijn verweerschrift tegen de klacht?

Want het is duidelijk: de advocaten mr. I. Soetens en mr. B.G. van Twist, leden van de Nederlandse orde van advocaten, hebben een wanprestatie geleverd en dat kan alleen gebeuren als de toezichthouder af en toe een oogje dichtknijpt of er het zwijgen toe doet.

Bijlage deel 8:

Verzonden ‘Open brief 8’ aan voormalig minister-president Mark Rutte van 8 februari 2017.
Kenmerk: Klacht tegen het gerechtsbestuur rechtbank Midden-Nederland.
Pageviews